Norm: Liften

Op sommige scholen zijn liften aanwezig voor de werknemers en/of de leerlingen. Deze liften moeten veilig gebruikt kunnen worden.

Inhoud van deze pagina

Norm

Op sommige scholen zijn liften aanwezig voor de werknemers en/of de leerlingen. Deze liften moeten veilig gebruikt kunnen worden.

Minimum eisen

  • De liftinstallatie voldoet aan de eisen uit het Warenwetbesluit liften.
  • De mensen die aan de lift moeten werken (schoonmaker en de liftinspecteur) kunnen hun werk veilig uitvoeren.
  • De liften mogen nooit gebruikt worden voor ontvluchting bij brand.
  • De liften worden periodiek gekeurd door een onafhankelijk gecertificeerde keuringsinstelling. Voor personenliften minimaal elke 18 maanden, voor goederenliften elke 12 maanden of, op last van de fabrikant, korter.
  • De door de keuringsinstelling aanbevolen reparaties en aanpassingen worden uitgevoerd.
  • De lift is voorzien van een alarmering/communicatiemiddelen, zodat door gebruikers altijd hulp ingeroepen kan worden (let op dat op de plaats waar alarmering binnen komt het signaal ook altijd direct wordt opgemerkt/bemand is!).
  • Indien zich in een schacht twee of meer liften bevinden, worden afdoende technische maatregelen genomen teneinde te voorkomen dat personen bij werkzaamheden in de schacht aan een van de liften, getroffen worden door onderdelen van een naastliggende lift. Onder afdoende technische maatregelen wordt verstaan:
    • De aanwezigheid van tenminste 0,5 m vrije afstand tussen de omtrek van het dak van een der liftkooien en uitstekende delen naast de baan van die liftkooi, behalve ter plaatse van de leisloffen en de bevestigingsconstructies daarvan, of
    • Een vaste scheidingswand die over de gehele schachthoogte is aangebracht, of
    • Een blokkeerschakelaar op het kooidak van de lift waaraan wordt gewerkt en waarmee de aangrenzende lift(en) buiten bedrijf kan (kunnen) worden gesteld.
      Indien dit niet mogelijk is wordt de naastliggende lift stilgezet.
  • Liften zonder kooiafsluiting mogen slechts bediend worden door personen die met de bediening vertrouwd zijn.
  • Liften gaan vergezeld met een certificaat van goedkeuring, een instructieboek en een liftboek.

Wensen

  • Probeer te voorkomen dat de leerlingen liften moeten gebruiken.
  • Laat liften zonder kooiafsluiting aanpassen met een automatisch werkende binnendeur.
  • Zorg in verband met sociale veiligheid dat er toezicht is op de liftdeuren.