Norm: Nazorg
Een incident kan op korte of lange termijn leiden tot lichamelijke-, psychische- en sociale gevolgen voor het slachtoffer. Daarom is adequate opvang en nazorg nodig als slachtoffers nadelige gevolgen ervaren. Er is vastgelegd hoe slachtoffers opvang en nazorg krijgen bij incidenten met (mogelijk) ernstige gevolgen, en welke praktische ondersteuning zij krijgen. Bijvoorbeeld tijdelijk andere werkzaamheden, een vergoeding van materiële schade of hulp bij aangifte. Ook onterecht aangeklaagde werknemers kunnen dergelijke nazorg nodig hebben. Voor hen kunnen ook inspanningen van de werkgever nodig zijn, gericht op rehabilitatie.
Minimum eisen
- de werkgever zorgt voor de mogelijkheid tot doorverwijzing naar professionele traumaopvang;
- de nazorg moet starten binnen 2 werkdagen nadat het incident is gemeld;
- als het slachtoffer in eerste instantie aangeeft geen gebruik te willen maken van de nazorg herhaalt de werkgever zijn aanbod na twee weken;
- de werkgever heeft beschreven:
- wie (mentor, zorgcoördinator, afdelingsleider etc.) een rol en verantwoordelijkheid hebben in herstellen of hervatten van het contact tussen slachtoffer en dader en hoe dat aangepakt kan worden;
- hoe de eerste opvang na een incident geregeld is. Daarin is in ieder geval vastgelegd welke (na)zorg de direct leidinggevende en/of preventiemedewerker aan slachtoffer(s), omstander(s) en andere betrokkenen kan bieden;
- over welke vaardigheden deze werknemers minimaal moeten beschikken, de wijze waarop deze vaardigheden onderhouden/ getraind worden en
- wie op welke wijze nazorg aanbiedt.
- De regeling rond nazorg bij een incident is ter advisering voorgelegd aan een op het gebied van nazorg gekwalificeerde deskundige.
Datum laatste wijziging:
dinsdag 29 april 2025