Norm: Zorg voor werknemers die zwanger zijn of borstvoeding geven

Inhoud van deze pagina

Vraag

Welke voorzieningen is een werkgever verplicht te bieden tijdens en na een zwangerschap van een medewerkster?

Een vrouwelijke werknemer die een borstkind voedt heeft, indien zij de werkgever hiervan in kennis heeft gesteld, gedurende de eerste negen levensmaanden van dat kind het recht de arbeid te onderbreken ten einde in de nodige rust en afzondering haar kind te zogen dan wel moedermelk te kolven. De werkgever biedt haar daartoe de gelegenheid en stelt, waar nodig, een geschikte af te sluiten besloten ruimte ter beschikking. Zie: arbeidstijdenwet.

Deze ruimte is overigens tijdens de zwangerschap al bedoeld om te kunnen rusten. Daarvoor moet in de ruimte een (opvouwbaar) bed of rustbank beschikbaar zijn. Na de bevalling kan de ruimte gebruikt worden bij het geven van borstvoeding of bij het kolven. De ruimte moet voldoen aan de volgende eisen, zoals geformuleerd in het arbobesluit artikel 3.48:
- van binnenuit af te sluiten;
- rustig en afgezonderd;
- met voldoende verse lucht en voldoende voorzieningen voor klimaatbeheersing;
- zonder risico's zoals gevaarlijke stoffen en verontreinigingen.

Stromend water en een koelkast in de rustruimte zijn handig, maar niet met een beroep op de wet af te dwingen. De werkgever dient, op grond van de Arbocatalogus-VO (personeelsvoorzieningen), een koelvoorziening beschikbaar stellen maar die voorziening hoeft niet in de rustruimte zelf beschikbaar te zijn.

De onderbrekingen in arbeidstijd ten behoeve van voeden en/of kolven, zoals hierboven bedoeld, vinden plaats zo vaak en zo lang als nodig is doch bedragen gezamenlijk ten hoogste een vierde (25%) van de arbeidstijd per dienst. De vaststelling van het tijdstip en de duur van de onderbrekingen vindt plaats door de betrokken vrouwelijke werknemer na overleg met de werkgever. Zie: artikel 4.8 in de arbeidstijdenwet.

Als in de school geen geschikte ruimte beschikbaar is, moet de werkgever de werkneemster in de gelegenheid stellen thuis te voeden of te kolven. Hierbij geldt nog wel de bepaling over de beschikbare tijd - maximaal 25% van de arbeidstijd per dienst mag besteed worden aan voeden/kolven - op kosten van de werkgever. Van belang is dat werknemers met de werkgever afspraken maken, liefst vooraf.

Meer tips over werk en borstvoeding staan op deze themasite.
Meer informatie over kolven en voeden vindt u in de Normen over Zorg voor zwangere werknemers en werknemers die borstvoeding geven en Personeelsvoorzieningen in de Arbocatalogus-VO. Ook op Arbocatalogus-VO een schoolvoorbeeld over kolven op school.